“Als je uitval kunt voorkomen moet je dat zeker niet nalaten”

De zorg is een sector waar mensen hard moeten werken. Dat is altijd al zo geweest en het zal voorlopig ook wel even zo blijven, schat Elize Vroegindeweij, P&O-adviseur en preventiemedewerker bij RST Zorgverleners. “Je moet als organisatie goed nadenken over hoe je kunt voorkomen dat mensen opgebrand raken. Voorkomen is immers beter dan genezen.”

Elize heeft als taak om verzuim te monitoren en complexe verzuimzaken te begeleiden. Een verantwoordelijkheid die ze deelt met de leidinggevenden.

“De leidinggevende is het eerste aanspreekpunt en ook de eindverantwoordelijke als iemand voor langere tijd uitvalt. Als hij of zij er echter niet uitkomt wordt mij om advies gevraagd. Ik kijk dan over de schouder mee met het traject en help de leidinggevende om de juiste stappen te nemen. Daarnaast houd ik in de gaten of het re-integratiedossier goed opgebouwd wordt en alle vervolgstappen tijdig worden ingezet. Hierbij hebben we te maken met allerlei wet- en regelgeving.”

Verzuim bestaat uit een fysiek deel en een psychisch deel, legt Elize uit. “In de zorg moet je veel fysieke handelingen verrichten. Soms krijgen mensen daardoor bijvoorbeeld last van hun rug of nek. Maar ook de werkdruk en heftige situaties thuis of op het werk kunnen zorgen voor uitval en verzuim. Dan gaat het meer om verzuim met een psychische oorzaak.”

Arbeidsethos

De verzuimcijfers bij RST zijn vergeleken met andere zorgorganisaties lager. “Deels komt dat door het arbeidsethos van onze medewerkers, denk ik. Zij voelen zich verantwoordelijk en melden zich niet zomaar ziek. Maar eerlijk is eerlijk: we werken er ook hard aan om het verzuim zo laag te houden.

De focus daarbij is het voorkomen van verzuim. Niemand is erbij gebaat als iemand voor langere tijd uitvalt. De cliënt niet, het team niet, de leidinggevende niet, maar ook de medewerker zelf niet.”

Coronaspreekuur

Een goed voorbeeld van inzetten op verzuimpreventie was het coronaspreekuur wat tijdens de eerste coronagolf ontstond.

“Er waren veel vragen in de organisatie. Deels was het coronaspreekuur gewoon praktisch van aard. Er werd veel gebeld over het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen, bijvoorbeeld. Maar zo’n pandemie zorgt natuurlijk ook wel voor angst en onzekerheid.

Het is belangrijk dat mensen die gevoelens kunnen delen en hun vragen kunnen stellen. Een luisterend oor kan dan heel belangrijk zijn. De telefoonlijn werd bewust bemand door leidinggevenden en directieleden. Daarmee gaven we ook een signaal af dat we medewerkers serieus namen.”

Buddysysteem

Een ander succesvol voorbeeld van verzuimpreventie is het buddysysteem voor nieuwe medewerkers dat stapje voor stapje in de organisatie wordt uitgerold.

“In de zorg gebeuren soms heftige dingen. Cliënten in de wijkverpleging kunnen overlijden, een geboorte kan heel spannend zijn. Soms hebben medewerkers ook te maken met ongewenst gedrag van cliënten of mantelzorgers. Het is dan – zeker voor beginnende medewerkers – fijn als er iemand is waarmee je je ervaringen delen kunt. Je staat er dan niet alleen voor.”

Zestigplus-gesprek

Het meest verregaande voorbeeld van verzuimpreventie bij RST is wellicht dat RST sinds kort in de Huishoudelijke Hulp iedereen die zestig jaar en ouder is proactief benadert voor een gesprek. Het idee is om dat ook uit te breiden naar de Kraamzorg en Wijkverpleging.

“Mensen zijn daar soms heel verbaasd over. Er is bij wijze van spreken niets aan de hand, maar toch willen we graag eens bijpraten. Hoe voelt iemand zich? Kan hij of zij het werk nog aan? Zijn er knelpunten waar iemand tegenaan loopt? Wat is ervoor nodig om ervoor te zorgen dat hij of zij gezond aan het werk kan blijven tot aan de AOW-leeftijd?

We denken graag met onze mensen mee, juist ook omdat we vinden dat zestigplussers vaak enorm waardevol zijn voor onze organisatie, met hun ruime ervaring en lange staat van dienst. We zouden het jammer vinden als iemand uitvalt doordat hij of zij fysiek het werk niet meer aankan. Door in gesprek te gaan hopen we dat te kunnen voorkomen.”

Een-op-eencontact

Hoewel er genoeg goede voorbeelden zijn, denkt Elize dat er nog wel meer gedaan zou kunnen worden op het gebied van verzuimpreventie. “Eigenlijk zou je willen dat leidinggevenden vaker een-op-eencontact hebben met hun medewerkers, zodat ze in staat zijn om tijdig signalen van uitval te herkennen. Tegelijkertijd realiseer ik me ook dat dit kan knellen met de beperkte tijd die leidinggevenden hebben.”

In werkelijkheid komt het echter nog regelmatig voor dat iemand zich ziek meldt, terwijl niemand dat aan zag komen.

“Contact houden blijft een uitdaging. Leidinggevenden hebben het druk en dat is niet gek. Ze hebben elk tientallen medewerkers in de teams die onder hen vallen. De thuiszorg is natuurlijk een solistisch beroep en de werkbesprekingen zijn natuurlijk niet genoeg om alles op te vangen wat er leeft in de teams.”

Werk-privébalans

Binnenkort hoopt RST Zorgverleners een extra preventiemedewerker in dienst te nemen om nog beter in te zetten op verzuimpreventie.

“Als werkgever willen we medewerkers helpen met een goede balans tussen werk en privé. Als er thuis dingen misgaan kunnen we daar als werkgever natuurlijk niet zoveel aan doen. Maar we kunnen wel helpen om de druk van de ketel te halen door in gesprek te gaan.

Misschien is een medewerker geholpen door tijdelijk wat minder uren te gaan werken. Ouderschapsverlof of kortdurend zorgverlof kan een oplossing zijn, maar ook een tijdelijke contractverlaging of onbetaald verlof is mogelijk. We willen graag coulant zijn: het gaat erom dat we goed voor elkaar zorgen, net zoals we dat ook voor onze cliënten doen.”

Hobby

Hoe zorgt Elize er zelf voor dat ze op een gezonde manier om blijft gaan met haar werk? “Ik heb twee banen. Ik ben voor het grootste gedeelte van de week P&O-adviseur, maar ik werk ook een dag per week in het bedrijf van mijn man. Een recept voor burn-out, zou je zeggen … Daarom vind ik het belangrijk om voldoende tijd te nemen om weer op te laden en ook rustmomenten in te plannen. Regelmaat in mijn week is belangrijk voor me. Ik doe graag één ding tegelijk.

Ook probeer ik regelmatig even bij te praten met mijn collega’s in Barneveld en Ridderkerk. Gewoon even sparren en delen waar ik mee bezig ben.

Tenslotte is het fijn als je een hobby hebt naast je werk, waar je je ei in kwijt kunt. Voor mij is dat het maken van muziek. Ik zing graag en de repetities van ons koor zijn voor mij echt ontspanning. En ik kan ook enorm genieten van ons heerlijke huis op het water. Lekker ontspannen met een boek op het terras terwijl de bootjes voorbijvaren. Dat geeft een vakantiegevoel.”